DINSDAG * ALPHA; WHAT'S NEXT
LUCAS 17 JEZUS MAAKT 10 MELAATSEN REIN
11 Op zijn tocht naar Jeruzalem trok Jezus door het grensgebied van Samaria en Galilea. 12 Toen hij een dorp binnenging, kwamen tien melaatsen hem tegemoet. Ze bleven op een afstand staan 13 en riepen: ‘Jezus! Meester! Heb medelijden met ons!’ 14 Hij zag hen en zei: ‘Ga maar en laat u aan de priesters zien.’ Ze gingen en onderweg werd hun huid gaaf. 15 Een van hen keerde terug toen hij zag dat hij genezen was, God luid verheerlijkend. 16 Hij wierp zich aan Jezus’ voeten neer, om hem te bedanken. Het was een Samaritaan. 17 Toen zei Jezus: ‘Zijn ze niet alle tien rein geworden? 18 Waar zijn de negen anderen? Is er dan niemand teruggekomen om God te danken dan alleen deze vreemdeling?’ 19 En tegen de man zei hij: ‘Sta op en ga; uw geloof heeft u gered.’
A.s zaterdag gaat het over "Meer danken". In bovenstaand verhaal vind je 10 mannen die best iets hebben om voor te danken. Ten eerste hebben ze Jezus aangeroepen en hem gesmeekt om genezing. Melaats zijn in die tijd was niet alleen dat je ziek was, je werd ook buiten de leefgemeenschap gesloten omdat je onrein was. Je mocht niet deelnemen aan het "gewone" leven. Maar dan, Jezus, je weet dat hij genezend rondgaat, ze blijven op afstand staan omdat ze niet dichtbij andere mensen mochten komen om te voorkomen dat zij ook onrein zouden worden. "Heb medelijden met ons", genoeg woorden voor Jezus, zodra ze naar de priesters gaan lopen, beginnen ze te genezen. Ze zijn weer gezond, zodra de priester ze "goedgekeurd" heeft, mogen ze weer met het normale leven meedoen en zijn ze niet meer onrein. Toch is er maar één persoon die uiteindelijk teruggaat naar Jezus. De anderen zijn misschien wel blij en dankbaar, maar alleen die ene brengt zijn dankbaarheid bij degene die het verdient, omdat hij al dat aan Jezus te danken heeft. Je ziet iets van teleurstelling van Jezus.
Hoe vaak bidden wij niet ergens voor en vergeten het vervolgens? Daarnaast hebben wij het in Nederland gewoon buitengewoon getroffen. Over het algemeen hebben we een dak boven ons hoofd, genoeg te eten en te drinken, gezondheidszorg en onderwijs. Vier dingen die in weet ik veel hoeveel procent van de wereld niet zo vanzelfsprekend zijn. Breng jij je dank aan degene die dat toekomt? Probeer hier deze week in het bijzonder eens meer bewust mee bezig te zijn.
11 Op zijn tocht naar Jeruzalem trok Jezus door het grensgebied van Samaria en Galilea. 12 Toen hij een dorp binnenging, kwamen tien melaatsen hem tegemoet. Ze bleven op een afstand staan 13 en riepen: ‘Jezus! Meester! Heb medelijden met ons!’ 14 Hij zag hen en zei: ‘Ga maar en laat u aan de priesters zien.’ Ze gingen en onderweg werd hun huid gaaf. 15 Een van hen keerde terug toen hij zag dat hij genezen was, God luid verheerlijkend. 16 Hij wierp zich aan Jezus’ voeten neer, om hem te bedanken. Het was een Samaritaan. 17 Toen zei Jezus: ‘Zijn ze niet alle tien rein geworden? 18 Waar zijn de negen anderen? Is er dan niemand teruggekomen om God te danken dan alleen deze vreemdeling?’ 19 En tegen de man zei hij: ‘Sta op en ga; uw geloof heeft u gered.’
A.s zaterdag gaat het over "Meer danken". In bovenstaand verhaal vind je 10 mannen die best iets hebben om voor te danken. Ten eerste hebben ze Jezus aangeroepen en hem gesmeekt om genezing. Melaats zijn in die tijd was niet alleen dat je ziek was, je werd ook buiten de leefgemeenschap gesloten omdat je onrein was. Je mocht niet deelnemen aan het "gewone" leven. Maar dan, Jezus, je weet dat hij genezend rondgaat, ze blijven op afstand staan omdat ze niet dichtbij andere mensen mochten komen om te voorkomen dat zij ook onrein zouden worden. "Heb medelijden met ons", genoeg woorden voor Jezus, zodra ze naar de priesters gaan lopen, beginnen ze te genezen. Ze zijn weer gezond, zodra de priester ze "goedgekeurd" heeft, mogen ze weer met het normale leven meedoen en zijn ze niet meer onrein. Toch is er maar één persoon die uiteindelijk teruggaat naar Jezus. De anderen zijn misschien wel blij en dankbaar, maar alleen die ene brengt zijn dankbaarheid bij degene die het verdient, omdat hij al dat aan Jezus te danken heeft. Je ziet iets van teleurstelling van Jezus.
Hoe vaak bidden wij niet ergens voor en vergeten het vervolgens? Daarnaast hebben wij het in Nederland gewoon buitengewoon getroffen. Over het algemeen hebben we een dak boven ons hoofd, genoeg te eten en te drinken, gezondheidszorg en onderwijs. Vier dingen die in weet ik veel hoeveel procent van de wereld niet zo vanzelfsprekend zijn. Breng jij je dank aan degene die dat toekomt? Probeer hier deze week in het bijzonder eens meer bewust mee bezig te zijn.
- De bijbelteksten in deze uitgave is ontleend aan
de Groot Nieuws Bijbel (herziene editie), © Nederlands Bijbelgenootschap & Katholieke Bijbelstichting 1996