vrijdag * geloofsgetuigen
Jacob, wie kent hem
niet? De man die zijn tweelingbroer verraad en zelf verraden wordt. de man die
vlucht, de man die zo verliefd werd op een vrouw dat hij er 7 jaar voor wilde
werken, de man die wel 12 zonen krijgt
en een dochter, een flink aantal vrouwen heeft. Misschien is een mooie
omschrijving voor Jacob wel “worstelaar”. In het onderstaande gedeelte kun je
lezen dat hij ook met God heeft geworsteld, juist op een keerpunt in zijn
leven.
GENESIS 32:24-32 + HEBREEËN 11:20-21 GNB
24 Toen hij hen overgezet had, bracht hij ook zijn bezittingen aan de overkant van de beek. 25 Jakob bleef alleen achter. Iemand begon met hem te worstelen; toen het licht werd, was de strijd nog niet beslist. 26 Omdat de man merkte dat hij Jakob niet de baas kon, sloeg hij Jakob op de heup, waardoor deze ontwricht raakte. 27 Toen zei hij: ‘Laat me gaan, want het is al licht geworden.’ Maar Jakob zei: ‘Nee, ik laat je niet gaan voor je mij gezegend hebt.’ 28 De man vroeg hem: ‘Wat is je naam?’ ‘Jakob,’ antwoordde hij. 29 En de man zei: ‘Voortaan zul je niet meer Jakob heten, maar Israël: Strijder met God, want je hebt met God en met mensen gestreden en je hebt gewonnen.’ 30 ‘Zeg me toch hoe je naam is,’ zei Jakob, maar de man antwoordde: ‘Waarom wil je mijn naam weten?’ En hij gaf Jakob daar zijn zegen. 31 Jakob noemde die plaats Peniël: Gods gezicht. ‘Want,’ zei hij, ‘ik heb God gezien, ik heb oog in oog met hem gestaan en ik ben in leven gebleven.’ 32 De zon straalde hem tegemoet toen hij bij Peniël overgestoken was. Door zijn ontwrichte heup liep hij mank. Hebr: 20 Door zijn geloof heeft Isaak aan Jakob en Esau zijn zegen gegeven, ook voor de toekomst. 21 Door zijn geloof heeft Jakob op zijn sterfbed de beide zonen van Jozef gezegend. En leunend op zijn staf heeft hij God aanbeden. |
GENESIS 32:24-32 + HEBREEËN 11:20-21 HSV
24 Maar Jakob bleef alleen achter, en een Man worstelde met hem, totdat de dageraad aanbrak. 25 En toen de Man zag dat Hij hem niet kon overwinnen, raakte Hij zijn heupgewricht aan, zodat het heupgewricht van Jakob ontwricht raakte toen Hij met hem worstelde. 26 En Hij zei: Laat Mij gaan, want de dageraad is aangebroken. Maar hij zei: Ik zal U niet laten gaan, tenzij U mij zegent. 27 En Hij zei tegen hem: Wat is uw naam? En hij antwoordde: Jakob. 28 Toen zei Hij: Uw naam zal voortaan niet meer Jakob luiden, maar Israël, want u hebt met God en met mensen gestreden, en hebt overwonnen. 29 Jakob vroeg daarop: Vertel mij toch Uw Naam. En Hij zei: Waarom vraagt u naar Mijn Naam? En Hij zegende hem daar. 30 En Jakob gaf die plaats de naam Pniël. Want, zei hij, ik heb God gezien van aangezicht tot aangezicht, en mijn leven is gered. 31 En de zon ging over hem op, toen hij door Pniël gegaan was; hij ging echter mank aan zijn heup. 32 Daarom eten de Israëlieten tot op deze dag de heupspier niet, die zich boven het heupgewricht bevindt, omdat Hij het heupgewricht van Jakob bij de heupspier had aangeraakt. 20 Door het geloof heeft Izak zijn zonen Jakob en Ezau gezegend, met betrekking tot toekomstige dingen. 21 Door het geloof heeft Jakob bij zijn sterven ieder van de zonen van Jozef gezegend en hij boog zich in aanbidding neer, terwijl hij leunde op het uiteinde van zijn staf. |
Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik denk dat jullie ook zo je worstelingen wel kennen. Met jezelf, met een ander of misschien wel met God. En weet je wat zo mooi is van Jacob, dat wat geschreven wordt over de laatste dagen van zijn leven: “Hij zegent zijn kinderen en leunend op zijn staf heeft hij God aanbeden”.
Als je strijd, ga dan voor de overwinning! Sterkte in de Strijd!
Als je strijd, ga dan voor de overwinning! Sterkte in de Strijd!
lezen in een andere vertaling? Klik
hier en kies je vertaling
- De bijbelteksten in deze uitgave is ontleend aan
de Groot Nieuws Bijbel (herziene editie), © Nederlands Bijbelgenootschap & Katholieke Bijbelstichting 1996
en de Bijbel in de Herziene Statenvertaling, © Stichting HSV 2010.