DINSDAG * ALPHA, WHAT´S NEXT
"Sorry hè", het klinkt soms zo ontoereikend. Als je kijkt naar hoe mensen vroeger "spijt hadden", dan ziet het er nu wel eens even anders uit. Er wordt gevast, er worden rouwgewaden aangetrokken en mensen tonen berouw. En het werkt, de straf die God had bedacht, trekt Hij in. Oké, Jona baalt ervan, hij had wel zin in vuurwerk, maar God kijkt naar het hart van Nineve en ziet dat ze oprecht spijt hebben, berouw hebben van wat ze verkeerd hebben gedaan. Er wordt schuld beleden en er wordt een nieuwe weg ingeslagen. Zijn er dingen in jouw leven waar je spijt/berouw van hebt of zou moeten hebben en wat doe je daarmee?
JONA 3:2-10 GNB
2 ‘Ga naar de grote stad Nineve. Klaag haar inwoners aan. Maak er bekend wat ik je zeg.’ 3 Toen deed Jona wat de Heer hem zei en hij ging naar Nineve. Nineve was een buitengewoon grote stad: het kostte drie dagen om erdoorheen te trekken. 4 Jona begon maar te lopen, de stad in; hij liep er één dag rond en riep de inwoners toe: ‘Nog veertig dagen en dan zal Nineve met de grond gelijkgemaakt worden.’ 5 Zij geloofden wat God hun zei en besloten boete te doen: ze vastten en trokken allemaal, van groot tot klein, rouwkleren aan. 6 Want toen de koning van Nineve ervan gehoord had, was hij van zijn troon opgestaan en had hij zijn koninklijke mantel afgelegd. Hij had een rouwkleed omgedaan en was zelf in het stof gaan zitten treuren. 7 Hij had in Nineve laten omroepen: ‘Bevel van de koning en zijn ministers: niemand mag iets eten of drinken. Ook de dieren niet, geen koe of schaap mag grazen of water drinken! 8 Mensen en dieren moeten rouwkleding dragen. Iedereen moet uit alle macht tot God roepen, berouw tonen over zijn kwade praktijken en over het geweld waaraan hij zich schuldig heeft gemaakt. 9 Misschien verandert God van gedachte en komt hij terug van zijn besluit; misschien vergeet hij hoe kwaad hij is en blijven wij in leven.’ 10 Toen God zag dat zij inderdaad berouw hadden over hun kwade praktijken, veranderde hij van gedachte. De straf die hij had aangekondigd, voltrok hij niet. |
JONA 3:2-10 HSV
2 Sta op, ga naar de grote stad Ninevé en predik tegen haar de prediking die Ik tot u spreek. 3 Toen stond Jona op en ging naar Ninevé, overeenkomstig het woord van de HEERE. Ninevé was een geweldig grote stad, van drie dagreizen doorsnee. 4 En Jona begon de stad in te gaan, één dagreis. Hij predikte en zei: Nog veertig dagen en Ninevé wordt ondersteboven gekeerd! 5 De mensen van Ninevé geloofden in God. Zij riepen een vasten uit en trokken rouwgewaden aan, van de grootste tot de kleinste onder hen. 6 Toen dat woord de koning van Ninevé bereikte, stond hij op van zijn troon, legde zijn staatsiegewaad af, hulde zich in een rouwgewaad en ging in het stof zitten. 7 En in Ninevé werd op bevel van de koning en zijn rijksgroten omgeroepen: Mens en dier, runderen en schapen, mogen niets eten, niet grazen en geen water drinken. 8 Mens en dier moeten in rouwgewaden gehuld zijn en met kracht tot God roepen. Zij moeten zich bekeren, ieder van zijn slechte weg en van het geweld dat aan zijn handen kleeft. 9 Wie weet zal God Zich omkeren, berouw hebben en Zijn brandende toorn laten varen, zodat wij niet omkomen! 10 Toen zag God wat zij deden, dat zij zich bekeerden van hun slechte weg. En God kreeg berouw over het kwade dat Hij gezegd had hun te zullen aandoen, en Hij deed het niet. |
lezen in een andere vertaling? Klik hier en kies je vertaling
- De bijbelteksten in deze uitgave is ontleend aan
de Groot Nieuws Bijbel (herziene editie), © Nederlands Bijbelgenootschap & Katholieke Bijbelstichting 1996
en de Bijbel in de Herziene Statenvertaling, © Stichting HSV 2010.